Meerwaarde van een passende bemesting in pioen

Kennis van partners

De teelt van pioenen kenmerkt zich op twee manieren: het is een meerjarige teelt - waarbij meerdere jaren van dezelfde plant wordt geoogst - en het jaarlijkse groeiproces doorloopt twee fases, namelijk een periode voor de snij en een periode na de snij. Een aanvullend derde kenmerk is dat een passende op maat bemesting zich terugverdient, zowel in vitaliteit alsook in de opbrengsten per vierkante meter die behaald kunnen worden.


Periode voor de snij

De periode voor de snij begint ongeveer in februari. De wortelstok wordt actief en laat zijn neuzen uitlopen als reactie op de stijgende bodemtemperatuur. In deze periode wordt doorgaans ook gestart met de eerste bemesting: het is belangrijk om voldoende lengtegroei te krijgen en een diepgroene bladkleur, dus alle elementen moeten in de juiste mate beschikbaar zijn.

Met name stikstof is belangrijk voor de lengtegroei. Het is echter ook belangrijk om te kijken naar de vorm stikstof die wordt aangeboden. De periode van februari tot oogst beslaat enkele weken, dus is het van belang om de juiste stikstofvormen aan te bieden en niet alleen in minerale vorm.

Voor een diepgroene bladkleur zijn meerdere elementen van belang, onder andere magnesium en diverse sporenelementen. Maar ook hierin speelt het stikstof-aanbod een belangrijke rol.

DCM biedt voor dit groeistadium verschillende meststoffen aan die aansluiten op de behoefte van de pioen. Deze zijn doorgaans organisch-mineraal opgebouwd en bestaan uit meerdere organische grondstoffen. Het minerale bestanddeel zorgt voor een snelle start en de organische grondstoffen zorgen voor een langdurige werking tot aan de snij. Zo creëren de pioenen de gewenste lengtegroei én blijven ze mooi van kleur. Veelgebruikte meststoffen zijn DCM MIX 5 (NPK 10-4-8 + 3 MgO) en DCM START (NPK 18-3-3 + 2 MgO).

Voor de sporenelementen wordt vaak gewerkt met DCM MICRO-MIX: een organisch gebonden sporenelementen-meststof die over langere tijd en zeer constant zijn sporen vrijgeeft. Deze voorziet de pioen - zowel voor alsook na de snij - van de broodnodige sporenelementen, zoals onder andere ijzer, borium en mangaan.


Periode na de snij

De periode na de snij is evengoed net zo belangrijk als de periode daarvoor. Na de snij gaat de pioen zijn energie weer opbouwen om de snij van volgend jaar mogelijk te maken. Een periode waarbij het assimilatieproces centraal staat, iets wat karakteriserend is voor een meerjarige teelt.

De bemesting is een belangrijk aspect van dit teeltstadium. De plant heeft letterlijk op zijn donder gekregen doordat hij van enkele takken is ontdaan. In de periode na de snij staat het herstel van het gewas daarom centraal. Daarbij spelen onder andere kalium, magnesium en calcium een belangrijke rol en diverse sporenelementen.

Ook na de snij is een passende meststof van belang. In de regel zijn dit hoog-kalium formuleringen met een lager aandeel stikstof. In deze fase is stikstof namelijk niet meer nodig voor de lengtegroei, maar wel voor behoud van kleur en vitaliteit. Veelgebruikte meststoffen zijn DCM MIX 2 (NPK 7-6-12 + 4 MgO), DCM MIX 6 (NPK 6-3-18 + 3 MgO) of DCM VIVIKALI (NPK 2-0-20).


Meerwaarde van een passende bemesting

Het aanbieden van een passende bemesting zorgt voor een betere groei en ontwikkeling. Vanuit diverse andere meerjarige teelten weten we dat suikergehaltes in de wortelstok een indicatie zijn van het energieniveau in de plant voor het jaar daarop. Er zijn legio proeven en demo's gedaan waaruit blijkt dat een mineraal-organische bemesting leidt tot hogere suikergehaltes in de plant.

Dat het suikergehalte ook een maat is voor de productiviteit van een gewas als pioen, is de laatste jaren duidelijk geworden. Bij diverse pioenentelers in de praktijk zijn metingen gedaan naar de productie bij verschillende bemestingsstrategieën. Vaak kan tot enkele takken per vierkante meter meer worden geoogst wanneer een op maat bemesting is uitgevoerd met een mineraal-organische meststof. Daar waar 8 tot 9 takken per m² als referentie worden gesneden, worden 10 tot 12 takken bij de DCM-objecten behaald. Wanneer dat wordt doorgeteld naar de opbrengsten per 100 m² of zelfs per hectare, kunnen significante meeropbrengsten worden gerealiseerd.

Wij zijn ervan overtuigd dat er meer winst te behalen is met een uitgebalanceerde basisbemesting in de vorm van een organisch-minerale bemesting. Wilt u met ons sparren over de mogelijkheden van een andere en betere bemestingsstrategie? Neem dan contact op met DCM Nederland.

Akkerbouwnet: kennis is voorsprong
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin